top of page
  • Writer's pictureJubilee Campaign

Indonesische christenen willen bescherming leger


Dominee Gomar Gultom (rechts), voorzitter van de Vereniging van Kerken in Indonesië, spreekt op 31 mei in Jakarta met de stafchef van het leger, Generaal Dudung Abdurachman. (Foto meegeleverd)


Indonesië - Op 29 mei organiseerden moslimextremisten in de provincie Midden-Java een demonstratie waar ruim veertig motorrijders aan deelnamen. In de straten van Jakarta distribueerden de deelnemers pamfletten met extremistische inhoud waarin werd opgeroepen tot de opheffing van een seculier Indonesië. Ook pleitten de demonstranten voor de vestiging van een kalifaat onder de sharia (islamitische wet). In een video die via de sociale media viraal ging, droegen de motorrijders in groene uniformen borden met de tekst Verwelkom de ontwaking van het islamitisch kalifaat. Vooral na de vestiging van de Islamitische Staat (IS) in Syrië en Irak is de oproep voor de vestiging van een islamitisch kalifaat in Indonesië in de afgelopen jaren steeds explicieter geworden.


Als reactie op de demonstratie die in Indonesië en internationaal veel aandacht trok, besloten christelijke leiders de krachten te bundelen in een oproep aan het Indonesische leger om streng op te treden tegen groeperingen die verdeeldheid proberen te zaaien in de Indonesische samenleving. Op 31 mei kwamen de voorzitter van de Communion of Churches in Indonesia (BGA), Dominee Gomar Gultom en de stafchef van het leger, Generaal Dudung Abdurachman, in het BGA-hoofdkantoor bij elkaar om te bespreken hoe een nauwere samenwerking tussen de gezamenlijke kerken en het leger voor meer veiligheid voor christenen in Indonesië zou kunnen zorgen.


Het bezoek van Generaal Abdurachman staat niet op zichzelf. Het ligt in lijn met het bewuste beleid wat de overheid heeft geformuleerd om religieuze leiders actief te betrekken bij inspanningen om verdeeldheid in de samenleving en spanningen tussen moslims, christenen en andere minderheden in Indonesië te bestrijden.


Pancasila

In 1945 formuleerde de toenmalige president Sukarno voor Indonesië een basisfilosofie die diversiteit en godsdienstvrijheid in Indonesië zou moeten garanderen. De ideologie bestaat uit vijf eenvoudige principes en kreeg daarom ook de naam Pancasila; een samenvoeging van de woorden pañca (vijf) en śīla (principes) uit het Sanskriet, een klassieke Zuid-Aziatische taal.


De vijf principes van deze ideologie bestaan uit:

  • Het geloof in één God;

  • Een verenigd Indonesië;

  • Een rechtvaardige en beschaafde samenleving;

  • Een democratie geleid door consensus;

  • Sociale rechtvaardigheid voor iedereen.

De formulering van deze basisprincipes was bedoeld om religieuze spanningen te voorkomen en pluralisme te bevorderen. Het geloof in God is volgens deze filosofie een zuivere individuele keus. Volgens sommige moslimactivisten is het echter juist deze grondwettelijke godsdienstvrijheid die ervoor zorgt dat steeds meer mensen in Indonesië zich bekeren tot het christendom. Indonesië is met 231 miljoen geregistreerde moslims het grootste islamitische land ter wereld. Volgens de activisten zou islam daarom een veel prominentere rol in de politiek en het recht moeten spelen. Vooral de invoering van een strikte vorm van de sharia staat bij extremistische groeperingen hoog op de agenda.


Naar het bredere publiek wordt vaak de perceptie gecreëerd dat het bij de activisten vooral gaat om de promotie van vrede, liefde en acceptatie. Tijdens publieke evenementen en sociale activiteiten wordt er bij voorbeeld alle gelegenheid geboden tot open discussies over religie, politiek en recht. Men beseft echter niet dat de islamisten in feite wolven in schaapskleren zijn. Achter het vernis van religieuze normen en waarden schuilt een radicale strategie om de huidige regering in Indonesië omver te werpen en te vervangen door een islamitische theocratie.


Tijdens de ontmoeting met Generaal Abdurachman benadrukte Dominee Gultom dat het Indonesische leger meer aandacht zou moeten besteden aan de opkomst van de extremistische groeperingen die proberen de nationale ideologie van Pancasila te ondermijnen: “Voor wat betreft de video die via de sociale media over de hele wereld is bekeken, wil ik u namens de protestantse leiders vragen waarom de tegenstanders van onze nationale ideologie mogen aanzetten tot haat en ongestoord kunnen oproepen tot geweld. We hopen dat u in staat zult zijn om de eenheid in dit land te behouden; een moeilijke maar nobele taak."


Eén God

Vincentius Hargo Mandirahardjo, voorzitter van de Vereniging van Indonesische Katholieke Intellectuelen (ISKA), die zich inzet voor religieuze diversiteit in Indonesië, stelde dat het de plicht is van iedere Indonesische burger om Pancasila te onderschrijven; "Het promoten van het idee van een islamitisch kalifaat is niet de richting die je op moet als je diversiteit en respect voor alle religies wilt", vertelde hij aan UCA News. "Elke groep die dit gedachtengoed steunt is een vijand waar we gezamenlijk tegen moeten vechten", voegde hij eraan toe.


Hoewel de formulering van de Pancasila bedoeld was om religieuze spanningen in Indonesië te voorkomen, kan het eerste principe daarvan - het geloof in één God - grote problemen opleveren voor christenen. Dit principe is namelijk ook de eerste pilaar van islam die stelt dat alleen Allah aanbeden mag worden. Veel moslims beschouwen de verering van Maria binnen de katholieke kerk als godslasterlijk. Ook protestantse christenen zijn in de ogen van extremistische moslims niet veilig omdat zij geloven in God de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Ondanks dat het protestantse geloof God ook als eenheid erkent, is het voor veel moslims godslasterlijk om Jezus de zoon van God te noemen. Een zonde waar volgens de sharia in principe de doodstraf op zou moeten staan.


De bescherming van godsdienstvrijheid op basis van de vijf basisprincipes waar de Indonesische grondwet op gestoeld is, zorgt dus niet per definitie voor de bescherming van christenen en andere minderheden in Indonesië. Het is daarom belangrijk dat we de christelijke leiders in Indonesië blijven steunen als ze zich in de politiek en het rechtsysteem inzetten voor godsdienstvrijheid.



Bronnen:

bottom of page