Jubilee Campaign
Soedanese overgangsraad geeft christelijke scholen vrijheid terug
Christenen in Soedan reageren voorzichtig positief op de politieke veranderingen die het land momenteel doormaakt. De militaire overgangsraad (TMC), die op 11 april president al-Bashir heeft afgezet, maakte onlangs een hoopgevend gebaar door christelijke scholen niet langer te verplichten om op zondag open te zijn. De christelijke gemeenschap is dankbaar voor de opheffing van deze restricties en vraagt om gebed voor verdere democratisering van het land, meldt Middle East Concern.
Leiders van alle christelijke gemeenschappen werden op 23 april uitgenodigd voor een ontmoeting met een comité van de militaire overgangsraad. Verschillende kerkleiders hebben er bij de TMC op aangedrongen om zo snel mogelijk een burgerregering aan te stellen en de democratie in Soedan te herstellen.
Ook hebben zij de TMC gevraagd om de problemen aan te pakken waarmee Soedanese christenen te maken hebben. De regering onder president al-Bashir voerde een actief antichristelijk beleid door christelijke scholen te verplichten op zondag door te werken en kerkgebouwen te confisqueren. Ook werden er voortdurend rechtszaken gevoerd tegen christenen, die ervan werden beschuldigd buitenlandse spionnen te zijn.
Bidden en zingen Dat de TMC reeds de volgende dag bekendmaakte dat christelijke scholen voortaan op zondag niet meer open hoeven te zijn, stemt de Soedanese christenen hoopvol. Ook de Sudan Professional Association, een belangrijke kracht achter de demonstraties tegen het regime, heeft de hand uitgestoken naar de christelijke gemeenschap. Op 14 april hebben christelijke leiders met gebed en christelijke liederen deelgenomen aan de belangrijkste demonstratie bij het militaire hoofdkwartier.
Bij die gelegenheid riep de voorzitter van de Soedanese Presbyteriaans-Evangelische kerk zijn volksgenoten ertoe op om zich in te zetten voor vrijheid. ‘Laten we vasthouden aan onze waarden en ons nieuwe Soedan bouwen op liefde en onzelfzuchtigheid, door anderen op de eerste plaats te zetten en hen te behandelen zoals we zelf behandeld willen worden’, zei Rafat Samir Mussad. ‘Laten we het eens worden over een vrijheid die er niet op gericht is om het kwaad te bedekken, maar over vrijheid van geweten en meningsuiting, keuzevrijheid en religieuze vrijheid.’