top of page
  • Redactie

Wetswijziging biedt Pakistaanse christenen meer bescherming


Groepsgeweld tegen religieuze minderheden komt vaak voor in Pakistan, zoals in 2013 toen een groep moslims een christelijke wijk in Lahore afbrandde. Gedwongen bekeringen, groepsgeweld en sektarisme zijn – als het aan het parlement ligt – voortaan strafbaar in Pakistan. Op 6 februari keurden de volksvertegenwoordigers een wetswijziging goed, die nu alleen nog moet worden ondertekend door de president. Door de aanpassing van enkele strafrechtelijke wetten wil de regering de veiligheid van religieuze minderheden vergroten. Lynchpartijen door mensenmassa’s worden voor het eerst verboden in Pakistan. Organisaties die onderdrukte gelovigen ondersteunen, waarschuwden al eerder dat valse blasfemiebeschuldigingen hebben geleid tot groepsgeweld tegen Pakistaanse christenen. Samuel Pyara, die als voorzitter van de Bright Future Society bewustwording creëert over christenvervolging, zei tegen AsiaNews: ‘Deze maateregelen zijn cruciaal om ons land te redden. Groepsgeweld is onderdeel geworden van de manier van denken. Strafbaarstelling was hard nodig, en we waarderen de actie van de overheid.’ Uithuwelijking bestraft Ook gedwongen huwelijken en bekeringen van vrouwen en jonge meisjes worden voortaan harder aangepakt. In Pakistan worden jaarlijks zo’n duizend voornamelijk christelijke en hindoevrouwen en -meisjes ontvoerd. Zij worden gedwongen zich tot de islam te bekeren, alvorens te worden uitgehuwelijkt aan een moslim. Volgens de aangepaste wetten wordt de straf voor uithuwelijking van een minderjarig meisje of een niet-islamitische vrouw verhoogd naar een maximum van tien jaar en minimaal vijf jaar, en een boete tot één miljoen roepie (bijna 9000 euro). Verder zijn de maximumstraffen voor het aanzetten tot sektarisch geweld en etnische haat verhoogd van één jaar tot drie jaar. Volgens het wetsvoorstel hebben ‘terrorisme, sektarisme en extremisme het hele land in hun greep en zijn deze misdaden aan de orde van de dag’.

bottom of page