Hoe Nepal haar christelijke weldoeners criminaliseert
Sinds 2014 werkt Nepal aan een nieuwe wetgeving, waarin men onder andere een verbod wil opnemen om mensen van geloof te laten veranderen of daartoe op te roepen. Op dit ‘misdrijf’ komt drie jaar gevangenisstraf te staan, plus een enorm hoge boete. Binnenkort kan niemand meer gedoopt worden, zonder dat de politie ingrijpt en de predikant en de dopeling arresteert. Het curieuze is, dat deze wet alleen tegen de christelijke bevolkingsgroep is gericht. Waarom staat de godsdienstvrijheid in Nepal zo onder druk?
India oefent sinds enkele jaren grote druk uit op Nepal om van het land een hindoestaat te maken. Antibekeringswetten uit Indiase deelstaten, zoals Gujarat, worden Nepal ten voorbeeld gesteld. De Nepalese overheid heeft hier wel oren naar. In de eerste plaats omdat men iets wil ondernemen tegen de groei van het christendom. In de tweede plaats omdat de regerende partijen dingen naar de gunst van de hindoemeerderheid. De ideologische tegenstellingen tussen deze partijen en het feit dat de grootste Nepalese partij geen deel uitmaakt van de regering, maken de gelegenheidscoalitie zwak. Men heeft de sympathie van de hindoebevolking hard nodig om aan de macht te blijven.
Het stoken van India
Hoewel India een seculiere staat is, wordt het land geregeerd door de uitgesproken hindoepartij BJP, die het liefst alle andere religies zou willen verbieden. Premier Modi, de machtigste man van het land, is lid van de fanatieke hindoegroepering RSS. De RSS bestrijdt actief andersdenkenden, ook met fysieke middelen als wegtreiteren, brandstichting en zelfs aanslagen. Het lijkt de regering van India een goed idee als in Nepal wordt doorgevoerd wat in eigen land vooralsnog niet kan. Daarom wordt pressie uitgeoefend; de koningspartij ontvangt bijvoorbeeld grote bedragen vanuit India.
Toen Nepal India niet blindelings wilde gehoorzamen, heeft India de grenzen met het buurland het hele tweede half jaar van 2015 gesloten. Daaronder heeft Nepal meer geleden dan door de verwoestende aardbevingen in het voorjaar van 2015. Omdat is gebleken dat de sympathie van de hindoebevolking voor de koningspartij tegenvalt, en de steun voor de linkse partijen sterk terugloopt, moeten nu allen zeilen bijgezet worden om stemmen te winnen. Ook al gaat dat ten koste van de democratie.
Invloed van het christendom
Het christelijk geloof speelt al sinds 1960 een grote rol in Nepal. De eerste ziekenhuizen zijn door christenen gesticht, en zij gaven ook de eerste aanzet tot alfabetisering en onderwijs. En zelfs al vóór die tijd ging iedere Nepalees die vooruit wilde komen voor studie naar Rooms-katholieke scholen in Darjeeling (India) en voor de gezondheid naar het christelijke ziekenhuis in Raxaul (ook India). Nog voordat er kerken waren, had het christendom al een goede naam in Nepal. Daarna werd dat alleen maar verstevigd door de positieve invloeden van het christendom op onderwijs, gezondheid en de vorming van de democratie in 1991.
In 2001 werd het Nepalese koningshuis systematisch uitgemoord door de kroonprins, die daarbij ook zichzelf doodschoot. Daarna kwam zijn broer op de troon, maar met de macht van het koningshuis was het gedaan. Volgens het Nepalese geloof was de koning een godheid, en die waren ze nu kwijt. De nieuwe ‘god’ spuugden ze uit. ook dat vergrootte de populariteit van de kerk. Vanaf 2002 volgde de maoïstische ‘revolutie’, die het land jarenlang in ellende dompelde. Leger en opstandelingen begingen aan de lopende band misdaden. In veler ogen was de snelgroeiende kerk de enige betrouwbare groep in het land.
Dat gebeurde nog eens na de aardbevingen van begin 2015. De christenen arriveerden als eersten in de getroffen gebieden om hulp te verlenen, nog voor de hulpverleningsorganisaties en de overheid. Bij de laatste twee was sprake van enorme corruptie; bovendien werden tal van loze beloften gedaan. Maar de christenen bleken opnieuw de enige betrouwbare partner. Hele dorpen bloeiden open voor het geloof in Christus. En dat steekt veel religieuze en politieke leiders.
Het voorrecht van de hindoe
Toen kwam in september 2015 de jarenlang verwachte nieuwe grondwet. Tot ergernis van India stond daarin vermeld dat Nepal een seculiere staat is. Maar om het briesende buurland tegemoet te komen, werd er een verklaring bij de grondwet gegeven waarin (vrij vertaald) wordt uitgelegd dat ‘secularisme’ betekent: het recht om hindoe te worden of te blijven. Dat maakt weinig verschil met een hindoestaat.
In het kielzog van deze uitleg wordt dus gewerkt aan nieuwe wetgeving, waarin de regering het verbod wil opnemen om mensen van geloof te laten veranderen of daartoe op te roepen. De autoriteiten willen er niet van horen dat ze daarmee de persoonlijke gewetensvrijheid aan banden leggen. Niet elke religieuze groep krijgt overigens beperkingen opgelegd. Tientallen goeroes met uiteenlopende meningen gebruiken dagelijkse de vele tv-kanalen in een poging mensen te ‘bekeren’. Dat levert niet het minste probleem op, ook al begaan sommigen van hen fraude of gebruiken verdovende middelen.
Zeer binnenkort zal over de wetten gestemd worden. Wanneer ze goedgekeurd worden, zijn we terug bij de wetten van vóór 1990. Helaas is de grootste weldoener van Nepal in de ogen van vele politici haar grote vijand.
Dit artikel is een bewerking van het artikel ‘Godsdienstvrijheid in Nepal onder grote druk’ door Bram Krol, en is met toestemming bewerkt en overgenomen.